CREG-tarieven 2026: wat werkgevers moeten weten over de juiste terugbetaling van thuislaadkosten
26 november 2025
De overgang naar elektrische mobiliteit verandert de manier waarop bedrijven hun loon- en voordelenbeleid organiseren. Een van de belangrijkste aandachtspunten daarbij is de terugbetaling van elektriciteitskosten voor het thuis opladen van een bedrijfswagen. Om werkgevers te ondersteunen en de praktijk te uniformiseren, publiceert de CREG elk kwartaal forfaitaire maximumbedragen per kWh. Deze bedragen maken het mogelijk om de werkelijke elektriciteitskosten van de werknemer eenvoudig en fiscaal correct te vergoeden. De nieuwe tarieven voor het eerste kwartaal van 2026 zijn ondertussen gepubliceerd en sluiten aan bij de bedragen die gedurende 2025 golden. Dit artikel zet alle regels, gebruiksmogelijkheden en aandachtspunten helder op een rij.
🔌 Waarom elektriciteit terugbetalen?
Wanneer een werknemer zijn bedrijfswagen thuis oplaadt, zijn er daadwerkelijke kosten verbonden aan het elektriciteitsverbruik. De werkgever mag deze kosten terugbetalen zonder dat dit het voordeel van alle aard (VAA) voor privégebruik van de wagen verhoogt — op voorwaarde dat enkele belangrijke regels worden nageleefd.
Deze terugbetaling maakt geen deel uit van de forfaitaire berekening van het VAA, maar vormt een apart voordeel.
Toch kan een bijkomend belastbaar voordeel vermeden worden wanneer de werkgever de elektriciteitskosten terugbetaalt op basis van de werkelijke kosten van de werknemer. Om deze berekening te vereenvoudigen, aanvaardt de fiscus dat een vast bedrag per kWh wordt toegepast, zolang dit niet hoger ligt dan het door de CREG gepubliceerde maximum.
🧮 De rol van de CREG-tarieven
Voor ieder kwartaal en voor elke Gewest bepaalt de CREG een forfaitair maximumbedrag per kWh. Dit is het absolute plafond dat een werkgever mag toepassen wanneer hij de elektriciteitskosten terugbetaalt zonder te werken met individuele elektriciteitsfacturen van werknemers.
De bedragen worden bepaald:
-
per Gewest (Vlaanderen, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Wallonië),
-
per kwartaal,
-
op basis van de woonplaats van de werknemer.
Concreet: vier plafonds per kalenderjaar en per Gewest, dus twaalf mogelijk verschillende waarden.
Een werkgever mag altijd een lager bedrag terugbetalen, maar nooit meer dan het CREG-tarief. Wie boven het plafond vergoedt, riskeert dat deze terugbetaling wordt beschouwd als een belastbaar voordeel, wat leidt tot hogere sociale lasten en fiscale gevolgen.
🌍 Wat als uw werknemers in verschillende Gewesten wonen?
Werkgevers hebben twee opties:
1. De woonplaats van de werknemer volgen
Dit is de meest logische aanpak:
➡️ Elke werknemer ontvangt een terugbetaling volgens het tarief dat geldt in zijn of haar Gewest van woonplaats.
2. Eén uniforme tarifering toepassen
De werkgever kan er ook voor kiezen om geen onderscheid te maken tussen Gewesten.
In dat geval geldt één forfaitair bedrag voor alle betrokken werknemers, gelijk aan het laagste tarief van de drie Gewesten voor het betreffende kwartaal.
⚠️ Belangrijke aandachtspunten:
-
Deze keuze geldt voor het volledige kalenderjaar.
-
Ze moet worden toegepast op alle werknemers die thuis opladen.
-
Dit kan nadelig zijn voor werknemers die in een Gewest wonen waar het tarief doorgaans hoger ligt.
📊 Overzicht van de maximumbedragen per kWh – Jaar 2025 en Q1 2026
| Periode | Vlaams Gewest | Brussels Hoofdstedelijk Gewest | Waals Gewest |
|---|---|---|---|
| 01/01/2025 → 31/03/2025 | 28,22 €/kWh | 32,94 €/kWh | 32,56 €/kWh |
| 01/04/2025 → 30/06/2025 | 31,94 €/kWh | 35,85 €/kWh | 36,18 €/kWh |
| 01/07/2025 → 30/09/2025 | 34,56 €/kWh | 37,87 €/kWh | 38,43 €/kWh |
| 01/10/2025 → 31/12/2025 | 30,70 €/kWh | 33,56 €/kWh | 34,57 €/kWh |
| 01/01/2026 → 31/03/2026 (onder voorbehoud) | 31,32 €/kWh | 34,26 €/kWh | 35,23 €/kWh |
Deze waarden tonen aan dat er aanzienlijke verschillen zijn tussen de Gewesten én tussen de kwartalen. Werkgevers moeten er dus steeds over waken dat ze het juiste tarief op het juiste moment toepassen.
⚖️ Waarom zijn deze tarieven belangrijk?
De CREG-tarieven zorgen voor:
-
een eenvoudige en correcte evaluatie van elektriciteitskosten,
-
het vermijden van een bijkomend belastbaar voordeel,
-
rechtszekerheid tegenover ONSS en fiscus,
-
een geharmoniseerde aanpak binnen het bedrijf.
Zonder deze forfaits zouden werkgevers:
-
elke elektriciteitsfactuur apart moeten analyseren,
-
de kost per kWh per leverancier moeten berekenen,
-
en een complexe controleprocedure moeten opzetten.
De forfaitaire maximumbedragen zijn dus een administratief waardevol instrument.
🔧 Praktische aanbevelingen voor werkgevers
✔️ Controleer elk kwartaal de nieuwe CREG-tarieven.
✔️ Leg een duidelijke interne policy vast (uniform tarief of tarief per Gewest).
✔️ Documenteer de berekening van de terugbetaling in het personeelsdossier.
✔️ Communiceer helder met werknemers over de berekeningsmethode.
✔️ Let op bij een ONSS-controle: een terugbetaling boven het maximumbedrag wordt automatisch beschouwd als een belastbaar voordeel.
📬 Vragen over uw terugbetalingen of nood aan begeleiding?
Ons team staat klaar om u te helpen bij het opstellen of optimaliseren van uw beleid rond terugbetalingen van elektriciteitskosten voor bedrijfswagens.
👉 Neem gerust contact met ons op voor vragen of advies.
📚 Bronnen
-
Circulaire 2024/C/77 van 5 december 2024 betreffende de terugbetaling van elektriciteitskosten door de werkgever voor het thuis opladen van een bedrijfswagen.
-
Tussentijdse instructie RSZ van 9 januari 2025.
-
Circulaire 2025/C/38 betreffende de terugbetaling van elektriciteitskosten door de werkgever voor het thuis opladen van een bedrijfswagen – forfaitair maximumbedrag per kWh – derde kwartaal 2025 – permanente toepassing.
Recente artikelen
Blijf op de hoogte door ons nieuws te volgen.
Wilt u ons nieuws in uw inbox ontvangen?